Ruim zeven op de tien Nederlanders maakt zich zorgen
over de medische hulp in het buitenland. Vooral onbegrip en hygiëne zijn
hierbij de belangrijkste punten. Dat blijkt uit de HealthTracker van
communicatie-adviesbureau Porter Novelli en De Vos & Jansen Healthcare.
Aan het onderzoek namen 600 Nederlanders deel.
Hygiëne
De angst voor onbegrip door de taalbarrière is met 42 procent, de grootste
zorg. Daarna volgt de hygiëne. Hier maakt 41 procent van de Nederlanders zich
zorgen over. Maar ook de kwaliteit van het medisch personeel, de vindbaarheid
van medische hulp en de kosten van de medische zorg zijn punten waar de
Nederlandse vakantieganger zich zorgen over maakt.
Op vakantie ziek worden geeft 44 procent van alle Nederlanders meer zorgen, dan
als ze thuis ziek worden. Eén op de drie Nederlanders stelt een bezoek aan de
dokter liever uit totdat ze weer terug zijn in Nederland. Ruim de helft geeft
aan wel vertrouwen te hebben in buitenlandse dokters.
Jongeren
Opvallend is dat jongeren zich vaker zorgen maken dan ouderen. Van de jongeren
tussen de 18 en 29 jaar maakt 15 procent zich nooit zorgen. Bij de
vakantieganger van 30 jaar en ouder maakt 30 procent zich nooit druk over de
medische hulp.
Onvoldoende voorbereid
Van de vakantiegangers zoekt 55 procent niet uit waar men in het vakantiegebied
terecht kan voor medische hulp. En 16 procent informeert zelfs nooit naar de
gezondheidssituatie op de vakantiebestemming. Wel worden vakanties buiten
Europa beter voorbereid dan een Europese vakantie.
