Afvallen is elk jaar weer één van die goede voornemens. Simpel gezegd betekent afvallen meer bewegen en minder eten. Toch houden veel mensen dit slechts een paar weken vol.
Onderstaande tips helpen je om ervoor te zorgen dat dit het jaar wordt waarin die kilo’s er af gaan en er af blijven.
- Streef naar een structureel gezond gewicht. Heb niet als doel zoveel mogelijk in een korte tijd af te vallen, maar om de rest van je leven een gezond gewicht te hebben. Op deze manier voorkom je het welbekende jojo effect waarbij je in korte tijd veel afvalt, maar er in een relatief korte tijd nog meer bij krijgt doordat je je oude patroon weer oppakt.
- Eet minder dan je gewend bent, maar honger jezelf niet uit. Het is goed te realiseren dat een gezond mens te veel eet. We kunnen gemiddeld met 70% van de voeding die we consumeren gezond leven. Sterker nog, door minder te eten houd je meer energie over.
- Blijf bewegen. Door te sporten krijg je energie. Begin met het nemen van de trap in plaats van de lift, fiets wat vaker naar je werk of stap een bushalte eerder uit en loop het laatste deel. Dit is al een vorm van bewegen en een stap in de goede richting.
Verandering eetpatroon
Tot een gezond gewicht komen en het voor lange tijd blijven is een mentaliteitsverandering en vergt doorzettingsvermogen. Het betekent echt een verandering in levensstijl en niet eenmalig afvallen. Onderstaande praktische tips kunnen je hierbij helpen.
- Vervang witte producten (brood, pasta, rijst) door volkoren producten (bruin brood, paste, zilvervliesrijst).
- Kies voor magere producten, zoals kip, rundergehakt en tartaar. Kies liever 20+ of 30+ kaas in plaats van vette (48+)kaas. Vervang vla voor magere yoghurt en jam voor halva jam. Let ook op de hoeveelheid. 100 gram (rauw gewogen) vlees is meer dan genoeg om alle voedingsstoffen binnen te krijgen.
- Gebruik niet te veel vet en olie bij het bereiden van de maaltijden. Kies voor olijfolie of vloeibare bak- en braadproducten.
- Kun je niet zonder saus? Vervang dan mayonaise voor tomatenketchup.
- Eet dagelijks 200 gram groente. Ook tomaatjes, komkommer of worteltjes als tussendoortjes helpen je om aan deze hoeveelheid te komen.
- Eet twee keer per week vis, waarvan één keer per week vette vis zoals haring of zalm.
- Drink voldoende. Denk aan caloriearme dranken als thee of water.